28.384

Wet dualisering provinciebestuur



Dit wetsvoorstel wijzigt de provinciewet en enige andere wetten in verband met de dualisering van de inrichting, de bevoegdheden en de werkwijze van het provinciebestuur.

Deze herziening van de Provinciewet is bijna gelijk aan die van de Gemeentewet in verband met de Wet dualisering gemeentebestuur. Het voorstel volgt in hoofdlijnen het advies van de Staatscommissie Dualisme en lokale democratie (commissie-Elzinga).

Met dit wetsvoorstel worden de rollen van provinciale staten en gedeputeerde staten verduidelijkt. Gedeputeerde staten concentreren zich op de uitoefening van bestuursbevoegdheden, terwijl provinciale staten zich vooral gaan bezighouden met het stellen van kaders voor het beleid en de controle daarop.

Geprobeerd wordt de wet de dag na de statenverkiezingen, op 12 maart 2003, inwerking te laten treden.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het voorstel is op 16 oktober 2002 aangenomen door de Tweede Kamer. De fractie van de SP stemde tegen. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 14 januari 2003 zonder stemming aangenomen. PvdA, ChristenUnie, SGP en D66 is daarbij aantekening verleend. Tijdens de behandeling is de Motie-Platvoet (GroenLinks) c.s. inzake evaluatie van de Wet dualisering provinciebestuur ingediend (28.384, EK nr. 33f). Deze motie is op verzoek van de indiener op 14 juni 2005 ingetrokken.

De plenaire behandeling van de brief van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de verenigbaarheid van artikel 81 Provinciewet met artikel 128 Grondwet en over de motie-Platvoet c.s. (28.384, EK nr. 33g) vond plaats op 28 januari 2003.

De wet is opgenomen in Staatsblad 17 van 17 januari 2003.

De inwerkingtreding is opgenomen in Staatsblad 18 van 17 januari 2003.


Kerngegevens

ingediend

4 juni 2002

titel

Wijziging van de Provinciewet en enige andere wetten tot dualisering van de inrichting, de bevoegdheden en de werkwijze van het provinciebestuur(Wet dualisering provinciebestuur)

schriftelijke voorbereiding

inbreng geleverd door

ondertekening

inwerkingtreding

  • 1. 
    Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld. In dat besluit wordt zo nodig toepassing gegeven aan artikel 16 van de Tijdelijke referendumwet.
  • 2. 
    Indien het Staatsblad waarin het koninklijk besluit tot inwerkingtreding wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 30 november 2002, wordt in dit koninklijk besluit bepaald dat artikel III in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het koninklijk besluit wordt geplaatst en terugwerkt tot en met 1 december 2002.

Hoofdlijnen

  • ontvlechting lidmaatschap provinciale staten en gedeputeerde staten,

    Gedeputeerden kunnen niet langer tegelijkertijd lid van provinciale staten zijn. Ook niet-statenleden kunnen gedeputeerde worden;

  • concentratie bestuursbevoegdheden bij gedeputeerde staten,

    De meeste in de Provinciewet geregelde bestuursbevoegdheden worden overgeheveld naar gedeputeerde staten. Het gaat hierbij om bijvoorbeeld de bevoegdheid ambtenaren te benoemen en te ontslaan en de bevoegdheid privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten zoals het aangaan van overeenkomsten;

  • versterking positie van provinciale staten,

    Provinciale staten krijgen een aparte statengriffier die hen specifiek ondersteunt, kunnen individuele statenleden aanspraak maken op ambtelijke ondersteuning en hebben fracties in provinciale staten recht op een eigen fractie-ondersteuning. Provinciale staten kunnen onderzoek doen naar het door gedeputeerde staten gevoerde bestuur. Betrokkenen zijn verplicht om aan dit onderzoek (enquête) mee te werken. Gedeputeerde staten moeten zowel passief als actief de provinciale staten informeren;

  • invoering rekenkamer voor de provincie.

Documenten

18