Dit wetsvoorstel wijzigt de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs opdat de bekostiging van onderwijs in allochtone, levende talen (OALT) met ingang van 1 augustus 2004 beëindigd wordt.
Met dit voorstel wordt de integratie van allochtonen in Nederland bevorderd. De basis voor deze integratie vormt de beheersing van de Nederlandse Taal. Vanuit deze gedachte worden niet langer middelen beschikbaar gesteld voor OALT.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 19 februari 2004 aangenomen door de Tweede Kamer. SP, D66, VVD, CDA, ChristenUnie, SGP en LPF stemden voor.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 18 mei 2004 zonder stemming aangenomen. PvdA en GroenLinks is daarbij aantekening verleend. Tijdens de behandeling is de Motie-Van Raak (SP) c.s. inzake de toewijzing van een bedrag ter grootte van de voormalige OALT-middelen voor onderwijsachterstanden (EK 29.019, D) ingediend. De motie is op 25 mei 2004 na stemming bij zitten en opstaan verworpen. PvdA, SP en GroenLinks stemden voor.
De wet is opgenomen in Staatsblad 253 van 17 juni 2004.
De inwerkingtreding is opgenomen in Staatsblad 365 van 22 juli 2004.
ingediend
1 september 2003titel
Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs, onder meer in verband met beëindiging van de bekostiging van het onderwijs in allochtone levende talenschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.1