Dit wetsvoorstel breidt de regeling van de bestuursrechtelijke handhaving in het hoofdstuk Handhaving van de Wet milieubeheer met een aantal (centrale) sturingsmogelijkheden uit.
Het stelt de invoering voor van een stelsel van kwaliteitseisen waaraan onder regie van de provincie vanaf 2005 moet worden voldaan door iedere instantie die met (bestuursrechtelijke) milieuwethandhaving is belast, stokken-achter-de-deur in de vorm van aanwijzingsbevoegdheden, de mogelijkheid van verplichte samenwerking in regionale of provinciale handhavingsdiensten en een bevoegdheid voor de betrokken minister om in een concrete situatie handhaving te vorderen van een daarin nalatig bestuursorgaan.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 14 december 2004 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer. De plenaire behandeling door de Eerste Kamer vond plaats op 4 en 5 juli 2005. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 5 juli 2005 zonder stemming aangenomen.
De wet is opgenomen in Staatsblad 428 van 31 augustus 2005.
ingediend
10 november 2003titel
Wijziging van hoofdstuk 18 van de Wet milieubeheer (Handhavingsstructuur)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
- minister van Justitie
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
Artikel I, onderdeel B, artikel 18.3e, eerste lid, en artikel 18.3f, eerste lid, onder b, treedt niet eerder in werking dan met ingang van 1 januari 2005
4
-
5 juli 2005
voortzetting behandeling en stemming (zonder stemming aangenomen) Handelingen EK 2004/2005, nr. 32, blz: 1504-1508 -
-
14 december 2004
stemming (met algemene stemmen aangenomen) Handelingen TK 2004/2005, nr. 34, blz; 2248-2249 -
8 december 2004
behandeling Handelingen TK 2004/2005, nr. 32, blz: 2147-2153