30.069

Uitvoeringswet verordening Europese executoriale titel



Dit wetsvoorstel regelt de uitwerking in het Nederlandse recht van de op 21 april 2004 tot stand gekomen Verordening (EG) Nr. 805/2004PDF-document van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot invoering van een Europese executoriale titel voor niet-betwiste schuldvorderingen (Pb EU L 143).

De verordening beoogt de wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen over niet-betwiste geldvorderingen te vereenvoudigen. Schuldeisers dienen toewijzende beslissingen over hun niet-betwiste geldvorderingen snel en eenvoudig in een ander land ten uitvoer te kunnen leggen. Dit gebeurt door hun de mogelijkheid te bieden een Europese executoriale titel (EET) te vragen aan de rechter die de beslissing over hun geldvordering heeft gegeven. Een EET wordt verleend in de vorm van een meertalig standaardformulier en is een bewijs van waarmerking van de beslissing als Europese executoriale titel. Met deze EET kan de schuldeiser de beslissing in elke andere lidstaat ten uitvoer leggen. Niet langer hoeft de schuldeiser in het land van tenuitvoerlegging een verlof tot tenuitvoerlegging (exequatur) te vragen.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het voorstel is op 23 juni 2005 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer.

De Eerste Kamer heeft het voorstel op 27 september 2005 als hamerstuk afgedaan.


Kerngegevens

ingediend

6 april 2005

titel

Uitvoering van verordening (EG) Nr. 805/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot invoering van een Europese executoriale titel voor niet-betwiste schuldvorderingen (Pb EU L 143) (Uitvoeringswet verordening Europese executoriale titel)

schriftelijke voorbereiding

ondertekening

  • minister van Justitie

inwerkingtreding

Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip


Hoofdlijnen

De verordening is op 21 januari 2005 in werking getreden en wordt op 21 oktober 2005 van toepassing in de lidstaten van de EU. De verordening heeft hetzelfde materiële toepassingsgebied als de EG-executieverordening:

  • zij geldt in burgerlijke en handelszaken, onder uitsluiting van een aantal specifieke gebieden waaronder belastingzaken en administratieve zaken, faillissement, sociale zekerheid en arbitrage;
  • zij is uitsluitend van toepassing op niet-betwiste geldvorderingen. Het wetsvoorstel bevat ook bepalingen over de bijzondere positie van de consumentschuldenaar.


Documenten

2