In aansluiting op de sturingsfilosofie van de nota Ruimte zal de minister een stelsel uitwerken voor monitoring van de plancapaciteit voor woningbouw. Daarbij zal de medewerking van de provincies noodzakelijk zijn. In overleg met IPO en VNG zal dit worden uitgewerkt. De resultaten van het onderzoek naar plancapaciteit zullen worden betrokken bij de dit jaar te maken woningbouwafspraken 2005-2010.
Nummer | T00158 |
---|---|
Oorspronkelijke nummer | tr_VRO_2004_12 |
Status | voldaan |
Datum toezegging | 27 april 2004 |
Deadline | 1 januari 2004 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer |
Commissie | commissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | lagere regelgeving |
Onderwerpen | huurwoningen koopwoningen ruimtelijke ordening |
Kamerstukken | Begrotingsstaat Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer 2004 (29.200 XI) |
Handelingen EK 2003-2004, 26-1408
[…]
Antwoord van de minister
Woningbouw
[…]
In de periode van 2005 tot 2010 is een gemiddelde productie van 80 000 woningen per jaar nodig. Daarvoor moet voldoende capaciteit in streekplannen en bestemmingplannen aanwezig zijn. Dat betekent dat er voldoende plannen in ontwikkeling moeten zijn. In aansluiting op de sturingsfilosofie van de nota Ruimte zal ik een stelsel uitwerken voor monitoring van de plancapaciteit voor woningbouw. Daarbij zal de medewerking van de provincies noodzakelijk zijn. In overleg met IPO en VNG zal dit worden uitgewerkt. De resultaten van het onderzoek naar plancapaciteit zullen worden betrokken bij de dit jaar te maken woningbouwafspraken 2005-2010. Het is voor die afspraken van belang dat er voldoende capaciteit in streekplannen en bestemmingsplannen voor woningbouw aanwezig is en voldoende reservecapaciteit voor tegenvallers in de uitvoering.
[…]
-
9 november 2006
Voortgang:documenten:-
-27562, 9
-
-
27 april 2004
toezegging gedaan