Minister-president Balkenende heeft tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen in de Eerste Kamer op dinsdag 13 oktober 2009 verzekerd dat het kabinet niet zal aarzelen met krachtige ingrepen in de rijksuitgaven en de sociaal economische ordening van het land. Concrete voorstellen daartoe zijn echter pas in het voorjaar van 2010 aan de orde, aldus de premier. Hij vroeg de Kamer om geduld, maar sprak in zijn antwoord aan de fractievoorzitters van de Eerste Kamer wel over de richting van de noodzakelijke veranderingen.
Een deel van de senaat wil al begin december nadere informatie over de ingrepen die het kabinet voorbereidt met het oog op de bespreking van het Belastingplan 2010 op 14 december. De motie van VVD senator Rosenthal van die strekking kreeg de steun van alle oppositiepartijen in de senaat, maar de premier ontraadde de motie (EK 32.123, D). De regeringsfracties van CDA, PvdA en CU, die een meerderheid hebben, kondigden aan bij de stemming op 27 oktober tegen te stemmen.
Op 27 oktober ligt ook een motie voor van senator Koffeman van de Partij voor de Dieren (EK 32.123, E). Hierin worden maatregelen gevraagd tegen bestuurders van financiële instellingen die laakbaar of verwijtbaar hebben gehandeld (EK 32.123, E). Minister Bos van Financiën stuurt binnenkort een brief over dit onderwerp naar het parlement.
Balkenende ging uitvoerig in op vragen over de heroverwegingsoperatie die is aangekondigd in de Troonrede en Miljoenennota 2010. Fractievoorzitter Rosenthal van de VVD ving echter bot met zijn verzoek om half december, nog voor het debat over het nieuwe Belastingplan, geïnformeerd te worden over de stand van zaken bij de voorgenomen bezuinigingen. PvdA-fractievoorzitter Noten steunde het kabinet dat pas in mei bij de Voorjaarsnota en later bij de begroting 2011 met concrete besluiten wil komen. “Ik heb geen behoefte aan tussenstanden van het kabinet”, zei Noten.
In reactie op een vraag van fractievoorzitter Schouw van D66 zei de minister-president dat gemeenten bij het opstellen van beleidsprogramma’s na de verkiezingen in maart er goed aan doen rekening te houden met een korting van 20% op hun budget. “Het proces van heroverweging van zo’n 160 miljard euro aan overheidsuitgaven moet zorgvuldig gebeuren. Daarom kunnen we de gemeenten niet voor de verkiezingen uitsluitsel geven. Maar ze zullen wel zo verstandig zijn er rekening mee te houden”, aldus Balkenende.
Over het plan om de AOW-leeftijd op te trekken naar 67 jaar hield de minister-president zich op de vlakte. Hij refereerde aan de wens van de PvdA dat er in dat geval ook beperkingen gesteld moeten worden aan de fiscale faciliteiten voor de pensioenopbouw van mensen met hoge inkomens. Het kabinet zal over dit onderwerp op korte termijn een besluit nemen, aldus Balkenende.
De premier verzekerde de Eerste Kamer dat het kabinet mikt op versterking van de democratische rechtsorde in Nederland. “We moeten op dit punt de handen ineen slaan en bereid zijn tot veranderingen”, zei Balkenende. Hij gaf CDA-fractieleider Werner toe dat een generieke lastenverzwaring geen voor de hand liggende maatregel is. Hij beloofde PvdA-fractievoorzitter Noten dat het kabinet in elk geval rekening houdt met de opvatting van de PvdA dat de sterkste schouders de zwaarste lasten moeten dragen. “Maar het kabinet kan niet op voorhand groepen mensen vrijwaren van de gevolgen van de crisis.”
Het kabinet verwacht een afname van de werkloosheid in de bouw als gevolg van de Crisis- en Herstelwet (32.127), die volgens de premier nu zo snel mogelijk in het Staatsblad moet komen. Onder druk van kritiek uit de Raad van State heeft het kabinet het wetsvoorstel aangepast en meer in lijn gebracht met een eerdere wet waarin de dijkversterking van de grote rivieren werd geregeld.
Balkenende verzette zich tegen de opvatting van de VVD dat zijn kabinet de samenleving zou betuttelen. “Wij komen op voor zwakken in de samenleving. En dat kan in sommige gevallen – zoals bijvoorbeeld mishandeling – leiden tot overheidsingrijpen achter de voordeur. De premier verweet de VVD een weinig aangename toon in het debat. “De tegenbegroting van de VVD is onvoldoende, tast de sociale zekerheid aan. De VVD produceert vooral decibellen”, zei de premier.
SP-fractieleider Kox kreeg van de premier te horen dat Nederland bezig is met een fundamentele heroverweging van de economie en stappen zet op weg naar een sociale markteconomie. “De sociale markteconomie staat nu in een ander licht dan twee jaar geleden”, aldus Balkenende. “We kunnen niet terugkeren naar de toestand van voor de kredietcrisis. Het zal niet meer worden als vroeger”.
GroenLinks-fractieleider Thissen oogstte instemming van de premier met zijn pleidooi voor een open, tolerante samenleving. “We moeten sterker uit deze periode komen door ingrepen met lef te doen die leiden tot vernieuwing en duurzaamheid”. Ook CDA-fractieleider Werner zei dat dit hem als muziek in de oren klonk. Balkenende was het eens met de fracties van VVD, CDA en D66 dat meer moet worden ingezet op onderzoek en ontwikkeling bij bedrijven en op innovatie.
In het tweede deel van zijn betoog onderstreepte de premier de noodzaak van samenhang van de aanpak van de verschillende crises (financieel, economisch, klimatologisch, voedselcrisis), zoals eerder in een kamerbrede motie door de senaat is bepleit (EK 31.700, B). De indiener van de motie, CU-fractievoorzitter Schuurman, vroeg daarnaast aandacht voor genetische manipulatie. “Ik wil dit niet veroordelen, maar vraag toch wel of we er niet voor moeten waken dat deze wetenschappelijke onderzoeken blijven bijdragen aan ‘het leven’. De minister-president gaf toe dat bij elke vorm van wetenschap de afweging over het nut en de waarde aan de orde is.
In antwoord op opmerkingen van de fractievoorzitters van CDA, PvdA en SGP zei Balkenende dat hij toe wil naar een open, betrokken samenleving, waar alles niet alleen draait om het individu. De medewerking van gemeenten en provincies bij deze beleidsinzet is volgens hem hard nodig. Wel wil het kabinet het tempo van de besluitvorming opvoeren. Het pleidooi van het CDA voor invoering van een wettelijke regeling voor maatschappelijk ondernemen juichte Balkenende toe. Het gaat dan ook om de vaststelling wie waar verantwoordelijk voor is. De premier wilde overigens niet zover gaan als SP-leider Kox die pleitte voor het kiezen van de helft van de leden van de Raad van Commissarissen bij bedrijven door de werknemers. Hij is bereid met de Eerste Kamer te debatteren over maatschappelijk ondernemen in de zorg, de woningbouw en het onderwijs.
Aan het slot van de Algemene Politieke Beschouwingen trok fractievoorzitter Werner van het CDA zijn conclusies uit het debat. Volgens hem is het kabinet bereid eensgezind de bakens te verzetten nu zich mondiaal grote veranderingen aandienen; komt er in het voorjaar een evenwichtig pakket aan maatregelen, waarbij het niet alleen gaat om een cijfermatige exercitie en komen ook thema’s als duurzaamheid en democratische rechtsorde aan bod? Verder rekent het CDA op maatregelen op het gebied van de arbeidsmarkt, de woningmarkt en de AWBZ, waarbij generieke lastenverzwaring wordt vermeden. Tenslotte, aldus Werner, deelt een grote meerderheid van de Eerste Kamer de urgentie van veranderingen op economisch, financieel en moreel gebied.
PvdA-fractieleider Noten prees afsluitend het zelfbewuste optreden van premier Balkenende en hij ontkende tegenover fractieleider Rosenthal van de VVD dat er tussen de regeringspartijen PvdA en CDA onenigheid is. Hij had er vertrouwen in dat het kabinet met maatregelen komt waarbij de sterkste schouders de zwaarste lasten krijgen te dragen. Een motie met die strekking diende hij bij nader inzien niet in. SGP-senator Holdijk hield vol dat het kabinet niet zwaar genoeg tilt aan de overmatige schulden die door de financiële crisis zijn ontstaan.
Deel dit item: