Dit wetsvoorstel regelt de implementatie van de EG-richtlijn 2007/66/EG over beroepsprocedures bij het plaatsen van overheidsopdrachten. Hiermee wordt de werking van bestaande richtlijnen verbeterd onder andere naar aanleiding van arresten van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen. Met deze richtlijn worden inschrijvers en gegadigden verplicht zich te houden aan de termijn waarbinnen beroep kan worden ingesteld tegen een gunningsbeslissing van een aanbestedende dienst voordat een overeenkomst is gesloten.
Met het wetsvoorstel wordt de bestaande rechtsbescherming van het burgerlijk (proces-)recht aangevuld. De burgerlijke rechter is bevoegd geschillen over aanbestedingsovereenkomsten te beslechten, al dan niet door een voorlopige voorziening. Dit voorstel wordt uiteindelijk samengevoegd met de nog in te dienen Aanbestedingswet.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel (EK 32.027, A) is op 26 november 2009 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 26 januari 2010 als hamerstuk afgedaan.
De wet is opgenomen in Staatsblad 38 van 16 februari 2010.
De inwerkingtreding is opgenomen in Staatsblad 39 van 16 februari 2010.
ingediend
5 augustus 2009titel
Implementatie van de rechtsbeschermingsrichtlijnen aanbesteden (Wet implementatie rechtsbeschermingsrichtlijnen aanbesteden)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- minister van Economische Zaken
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
0
Er zijn geen documenten gevonden.