Met dit wetsvoostel worden de basisbeurzen voor studenten in het hoger onder onderwijs en voor masteropleidingen ondergebracht in het sociaal leenstelsel.
Het voorstel betreft verder de afschaffing van de partnertoeslag, de afschaffing van de regeling voor weigerachtige en onvindbare ouders, een vereenvoudiging van de berekening van het ouderlijk inkomen, de mogelijkheid om studiefinanciering aan te vragen met terugwerkende kracht, en een verlenging van de terugbetalingsperiode van 15 naar 20 jaar. Tenslotte wordt een regeling getroffen voor gedeeltelijke kwijtschelding van de studieschuld voor studenten die een opleiding met groot maatschappelijk belang volgen.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) bij brief van 19 februari 2015 ingetrokken (TK 33.680, nr. 14).
ingediend
27 juni 2013titel
Wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met het onderbrengen van de basisbeurs voor studenten in de masterfase in het sociaal leenstelsel, het verlengen van de terugbetalingsperiode en het efficiënter maken van het stelsel van studiefinanciering (Wet sociaal leenstelsel masterfase)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
-
1.Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
-
2.In afwijking van het eerste lid treden van artikel I de onderdelen S en AB in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij worden geplaatst en werken terug tot en met 1 september 2010.