Dit voorstel wijzigt Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en enkele andere wetten in verband met het stellen van nadere huurmaatregelen tot verdere bevordering van de doorstroming op de woninghuurmarkt. Met dit wetsvoorstel, waarin een huursombenadering (in plaats van een systeem van inkomensafhankelijke huurverhogingen), een driejaarlijkse inkomenstoets en een verruiming van de mogelijkheden tot tijdelijke verhuur worden geregeld, wordt beoogd de flexibiliteit op de huurmarkt te bevorderen en de prijs-/kwaliteitsverhouding te verbeteren, en daarmee een impuls te geven aan een betere doorstroming op de huurwoningmarkt en het bestrijden van scheefwonen.
Het wetsvoorstel en de toelichtende stukken daarbij zijn mede ter uitvoering van de aan de Eerste Kamer gedane toezeggingen T01671 (Onderzoek naar fiscaal alternatief voor huurverhoging op grond van inkomen) en T01737 (Analyse varianten doorvoeren huurverhoging) ingediend.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel (EK, B) is op 9 februari 2016 aangenomen door de Tweede Kamer. PvdA, D66, 50PLUS, Van Vliet, Houwers, Groep Kuzu/Öztürk, Klein, VVD, SGP, ChristenUnie en CDA stemden voor.
De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel op 12 april 2016 na stemming bij zitten en opstaan aangenomen. SGP, ChristenUnie, VVD, PvdA, CDA en D66 stemden voor. De tijdens de plenaire behandeling ingediende motie-Köhler (SP) c.s. inzake het toepassen van de huursombenadering voor woningen van particuliere en commerciële verhuurders met een gereguleerde huurprijs (EK, K) is op 19 april 2016 na stemming bij zitten en opstaan verworpen. SP, ChristenUnie, GroenLinks en PvdD stemden voor.
De Eerste Kamercommissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning (BiZa/AZ) heeft op 7 december 2021 besloten het verslag van een schriftelijk overleg met de minister van BZK van 1 december 2021 (EK 35.578 / 27.926, L) over de uitvoering van de wet Eenmalige huurverlaging huurders met een lager inkomen en over de uitvoering van de motie-Kox (SP) c.s. over de tegemoetkoming van huurders die buiten de wet vallen (35.578 / 35.431, G) desgewenst te betrekken bij een eventueel te houden debat over het onderdeel 'wonen' van de begrotingsstaten Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2022 (35.925 VII).
De commissie was in schriftelijk overleg getreden naar aanleiding van de brief van de minister van 5 juli 2021 over actualiteit in het huurbeleid en over betere benutting van de woningvoorraad (EK 34.373 / 27.926 / 35.488 / 35.516 / 35.518 / 35.578, N met bijlagen) en de brief van de minister van 13 september 2021 (EK 35.578, K) over de tegemoetkoming van huurders.
ingediend
21 december 2015titel
Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en enkele andere wetten in verband met het stellen van nadere huurmaatregelen tot verdere bevordering van de doorstroming op de huurmarkt (Wet doorstroming huurmarkt 2015)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- minister van Veiligheid en Justitie
- minister voor Wonen en Rijksdienst
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld. In dat besluit wordt zo nodig toepassing gegeven aan artikel 12, eerste lid, van de Wet raadgevend referendum.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
4 februari 2016
Motie van het lid Schouten over afspraken met verhuurders over publicatie van de huursom TK, 43 -
-
-
-
4 februari 2016
Motie van het lid Bashir over het maximeren van het aantal tijdelijke huurcontracten TK, 39 -
4 februari 2016
Motie van het lid Bashir over afzien van inkomensafhankelijke huurverhogingen TK, 38 -
-
-
-
-
-
-
3 februari 2016
brief regering; Uitspraak Afdeling rechtspraak Raad van State inzake inkomensverklaring Belastingdienst TK 34.373, 33 -
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-