Met dit wetsvoorstel vindt de codificatie plaats van de anti-folterverordening (Verordening (EU) 2019/125 van het Europees Parlement en de Raad van 16 januari 2019 met betrekking tot de handel in bepaalde goederen die gebruikt zouden kunnen worden voor de doodstraf, foltering of andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing (PbEU 2019, L 30).
Deze codificatie houdt geen inhoudelijke wijziging van de Verordening in, maar omdat de bestaande verordening door deze codificatieverordening is ingetrokken en de artikelen en bijlagen zijn hernummerd, is het wenselijk de verwijzingen daarnaar in de nationale implementatieregelgeving aan te passen. Dit geldt ook voor de verwijzingen naar de Verordening in de Wet strategische diensten.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel (TK, 2) is op 14 november 2019 door de Tweede Kamer als hamerstuk afgedaan.
De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel op 3 december 2019 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
16 september 2019titel
Wijziging van de Wet strategische diensten in verband met Verordening (EU) 2019/125 van het Europees Parlement en de Raad van 16 januari 2019 met betrekking tot de handel in bepaalde goederen die gebruikt zouden kunnen worden voor de doodstraf, foltering of andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing (PbEU 2019, L 30) (Wet tot wijziging van de Wet strategische diensten in verband met codificatie van de anti-folterverordening)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
- minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
inwerkingtreding
Met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst