Dit wetsvoorstel implementeert de EU-richtlijn (2020/1828) representatieve vorderingen ter bescherming van de collectieve belangen van consumenten in Nederlandse regelgeving. Hiermee kunnen burgers in de hele EU een (grensoverschrijdende) collectieve actie voeren als zij als consument, als passagier of als patiënt schade hebben ondervonden.
Met dit voorstel wordt het voor consumenten mogelijk om een collectieve schadevergoedingsactie te voeren voor het stoppen van een inbreuk op consumentenrechten. Daarnaast moet iedere lidstaat een lijst op stellen met organisaties die collectieve acties kunnen beginnen in een andere lidstaat. Alleen vooraf aangewezen organisaties op de lijst kunnen bij de rechter in een andere lidstaat een inbreuk op rechten laten stoppen of schadevergoeding vragen voor een groep consumenten.
De richtlijn moet uiterlijk 25 december 2022 zijn omgezet in het nationale recht.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
De Tweede Kamer heeft het voorstel (TK, 2) op 25 mei 2022 als hamerstuk afgedaan.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 1 november 2022 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
11 februari 2022titel
Wijziging van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met de omzetting van Richtlijn (EU) 2020/1828 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2020 betreffende representatieve vorderingen ter bescherming van de collectieve belangen van consumenten en tot intrekking van Richtlijn 2009/22/EG (PbEU 2020, L 409) (Implementatiewet richtlijn representatieve vorderingen voor consumenten)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- minister voor Rechtsbescherming
inwerkingtreding
Met ingang van 25 juni 2023. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 24 juni 2023, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.