De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Digitalisering en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Dittrich en Nicolaï, toe dat wanneer er signalen zijn dat er onvoldoende capaciteit is om subsidieaanvragen voor maatschappelijke initiatieven in het programma Slavernijverleden te beoordelen, de Kamer hier tijdig schriftelijk over wordt geïnformeerd.
Nummer | T04037 |
---|---|
Status | openstaand |
Datum toezegging | 11 maart 2025 |
Deadline | 1 juli 2026 |
Verantwoordelijke(n) | Staatssecretaris Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties |
Kamerleden | mr. B.O. Dittrich (D66) prof. mr. P. Nicolaï (PvdD) |
Commissie | commissie voor Koninkrijksrelaties (KOREL) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | brief/nota |
Kamerstukken | Begrotingsstaten Koninkrijksrelaties en BES-fonds 2025 (36.600 IV) |
Handelingen I 2024/25, nr. 21, item 8, p. 3. |
De heer Dittrich (D66):
“Ik heb een vervolgvraag op de vraag van de heer Nicolaï. Ik denk dat ik het ook nog niet helemaal begrijp. Laat ik het van een andere kant aanvliegen: stel dat er aanvragen worden gedaan, zou het dan zo kunnen zijn dat doordat die acht ton is weggehaald, bepaalde aanvragen niet gehonoreerd kunnen worden, omdat de uitvoeringskosten niet gedekt kunnen worden? ”
Staatssecretaris Szabó:
“Nee, die aanvragen verwachten wij halverwege dit jaar. 1 juli zullen ze binnenkomen. Dan zal de commissie die daarvoor is ingesteld, deze beoordelen. Daarnaast heb je ook ondersteunende uitvoeringskosten, vanuit het personeel, vanuit KR. Die voeren nu ook al ter voorbereiding activiteiten uit. Op dit moment heb ik geen signalen gehoord dat als er aanvragen komen, er onvoldoende capaciteit zal zijn om die te beoordelen; ik heb dit ook in de Tweede Kamer aangegeven. Daar sta ik voor .”
De heer Dittrich (D66):
“(…) Zou u de Kamer dan kunnen toezeggen dat, mocht u wel signalen opvangen dat er problemen zouden kunnen ontstaan, u dat tijdig schriftelijk aan de Eerste Kamer laat weten zodat we daarover met u in overleg kunnen?”
Staatssecretaris Szabó:
“Die toezegging kan ik doen. Zeker .”
De heer Nicolaï (PvdD):
“Ik heb de schriftelijke beantwoording er nog even bij gepakt. Daar ontstaat dan toch onduidelijkheid over. Ik lees hier het volgende. De inzet voor 2025 vanuit het Directoraat-Generaal Koninkrijksrelaties, waarvoor de genoemde €800.000 was gereserveerd, zal binnen de bestaande organisatie worden opgevangen, zonder een beroep te doen op het slavernijfonds. Ik lees dat dus zo dat de middelen die in het slavernijfonds zitten en die beschikbaar zijn voor die subsidies, niet aangewend zullen worden voor de uitvoeringskosten .”
Staatssecretaris Szabó:
“Zoals ik al heb aangegeven, heb je tussen de 10% en 15% uitvoeringskosten bij dit soort fondsen. Daarbovenop is vanuit de suppletoire begroting extra geld gefourneerd. Daar is nu €800.000 van afgehaald. Ik heb ook richting de heer Dittrich aangegeven dat het niet zo kan zijn dat we straks tekort hebben aan geld om de projecten te beoordelen. Daar sta ik voor en ik zal u ook inlichten indien dat wel het geval zou zijn, maar daar ga ik niet vanuit .”
Brondocumenten
-
behandeling Verslag EK 2024/2025, nr. 21, item 8
-
11 maart 2025
toezegging gedaan