Dit wetsvoorstel wijzigt de Destructiewet in verband met de kosten van onschadelijkmaking van gespecificeerd hoog-risico-materiaal.
De aanbieders zullen de kosten voor het ophalen, vervoeren, voorbewerken en het verbranden, begraven of op andere wijze onschadelijk maken van dit materiaal moeten betalen.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 5 oktober 1999 aangenomen door de Tweede Kamer. SP, GroenLinks, PvdA, D66, VVD en CDA stemden voor. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 21 december 1999 zonder stemming aangenomen.
ingediend
23 december 1998titel
Wijziging van de Destructiewet in verband met de kosten van onschadelijkmaking van gespecificeerd hoog-risico-materiaalschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld
De wijziging heeft vooral betrekking op de financiële gevolgen van de uitvoering van de EG-beschikking nr. 97/534/EG die reeds eerder in werking is getreden.
Onder hoog-ricico-materiaal wordt verstaan de schedel met inbegrip van de hersenen, de ogen, en de tonsillen en het ruggemerg van runderen, schapen en geiten die meer dan een jaar oud zijn, en de milt van schapen en geiten.
1
-
21 december 1999
behandeling en stemming (zonder stemming aangenomen) Handelingen EK 1999/2000, nr. 12: blz. 459-464