Dit wetsvoorstel wijzigt de afvalverwijderingsstructuur: het brengt de sturing van de afvalverwijdering op rijksniveau. De daadwerkelijke uitvoering zal net zoals nu door de drie bestuurslagen gezamenlijk plaatsvinden.
Het voorstel is een gevolg van het regeringsstandpunt van 3 december 1996 op het advies van de Commissie Toekomstige Organisatie Afvalverwijdering (Commissie Epema) (25.157 nr 1).
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 14 november 2000 aangenomen door de Tweede Kamer. De fractie van de SP stemde tegen.
De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel op 19 juni 2001 zonder stemming aangenomen.
ingediend
25 juni 1999titel
Wijziging van de Wet milieubeheer (structuur beheer afvalstoffen)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld
De centrale sturing komt onder meer tot uitdrukking door het vervallen van de provinciegrenzen voor afvalstoffen, de introductie van een landelijk afvalbeheersplan en het grotendeels op landelijk niveau brengen van de bevoegdheid tot het stellen van regels die tot dusver door de provincies konden worden gesteld.
Tevens bevat het wetsvoorstel passages over de afvalstoffenmakelaar en de bevoegdheid tot de bestuursrechtelijke handhaving van de regels inzake afvalstoffen.
1
-
19 juni 2001
behandeling en stemming (zonder stemming aangenomen) Handelingen EK 2000/2001, nr. 33: blz. 1426-1442