Dit wetsvoorstel past de juridische grondslag van de buitengerechtelijke afdoening van strafzaken aan. De buitengerechtelijke afdoening van strafzaken wordt niet langer als het voorkomen van strafvervolging, maar als een daad van strafvervolging vormgegeven. Dit bevordert dat alleen die strafzaken bij de strafrechter terechtkomen die daarvoor, gelet op de aard van het feit, de gewenste justitiële reactie dan wel een verschil van opvatting tussen de verdachte en het openbaar ministerie, aanleiding geeft. Voorgesteld wordt de oplegging van geldboetes in een strafbeschikking mogelijk te maken.
Het wetsvoorstel beoogt hiermee de doelmatigheid binnen de justitieketen te vergroten; alleen de zwaardere strafzaken komen nog bij de strafrechter terecht. Het Openbaar Ministerie krijgt de mogelijkheid om onder meer geldboetes, korte rijontzeggingen en schadevergoedingsmaatregelen op te leggen.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 21 juni 2005 aangenomen door de Tweede Kamer. PvdA, Groep Lazrak, D66, Groep Wilders, VVD, CDA, ChristenUnie, SGP en LPF stemden voor.
Het voorstel is op 4 juli 2006 zonder stemming aangenomen door de Eerste Kamer. De fracties van SP en Groenlinks is daarbij aantekening verleend.
Na de val van het Kabinet-Balkenende II hebben de fracties van de SP en GroenLinks op 3 juli 2006 verzocht dit wetsvoorstel controversieel te verklaren. Het College van Senioren heeft uitgesproken dat de Voorzitter hier geen voorstel voor kan doen, aangezien daarvoor te weinig draagvlak in de Kamer is, er was namelijk geen sprake van een substantiële minderheid die erkenning zou behoeven.
ingediend
29 oktober 2004titel
Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en enige andere wetten in verband met de buitengerechtelijke afdoening van strafbare feiten (Wet OM-afdoening)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- minister van Justitie
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld
31
-
21 januari 2019
brief van de minister van Justitie en Veiligheid met de beleidsreactie op het rapport "Evaluatie Wet OM-afdoening" 34.775 VI, AJ Bevat bijlage -
19 juni 2018
brief van de minister van Justitie en Veiligheid ter aanbieding van het rapport "Evaluatie Wet OM-afdoening" EK, M Bevat bijlagen
voor kennisgeving aangenomen op 26 juni 2018 -
-
-
8 mei 2008
brief van de staatssecretaris van Justitie over de toezegging te bezien op welke wijze kan worden voorzien in een transparant mandateringssysteem van de bevoegdheden van de officier van justitie EK, K
voor kennisgeving aangenomen op 20 mei 2008 -
-
-
-
23 oktober 2007
verslag van een schriftelijk overleg van de vaste commissie voor Justitie met de minister van Justitie inzake het doen nakomen van een toezegging aan de Eerste Kamer EK, I
voor kennisgeving aangenomen op 20 november 2007 -
-
-
15 augustus 2007
brief van de minister van Justitie inzake een toezegging met betrekking tot de algemene maatregel van bestuur Besluit OM-afdoening EK, H Bevat bijlage -
-
-
-
-
31 mei 2006
brief van de minister van Justitie over de afhandeling van het wetsvoorstel EK 29.849 / 30.164 G -
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-