Dit wetsvoorstel wijzigt de Wet milieubeheer ter implementatie van EG-richtlijn 2006/21/EG in verband met het beheer van afval van de winningsindustrieën (mijnbouwafval). De richtlijn heeft tot doel zware ongelukken met afval uit de mijnbouw te voorkomen en de gevolgen van eventuele ongelukken te beperken. Met dit voorstel wordt slechts een klein deel van de richtlijn geïmplementeerd. De meeste bepalingen uit de richtlijn worden geïmplementeerd bij Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB).
In Nederland vindt winning van olie, gas, zout en een aantal bouw- en grondstoffen, zoals zand, klei, grind plaats. De afvalstoffen die hierbij vrijkomen worden nuttig toegepast, verbrand of gestort op gewone stortplaatsen. Ongelukken met mijnbouwafval komen bij de Nederlandse industrie eigenlijk niet voor. Hierdoor is de relevantie van deze richtlijn voor de Nederlandse winningsindustrieën zeer gering, en voor de olie- gas- en zoutwinningsindustrie zelfs nihil. De richtlijn lijkt vooral te zijn geschreven met het oog op het afval dat vrijkomt bij bijvoorbeeld de metaalmijnen en bruinkoolmijnen.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 24 januari 2008 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 12 februari 2008 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
7 september 2007titel
Wijziging van de Wet milieubeheer in verband met de implementatie van richtlijn nr. 2006/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 15 maart 2006 betreffende het beheer van afval van de winningsindustrieën en houdende wijziging van Richtlijn nr. 2004/35/EG (PbEU L 102)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
- minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Er zijn geen documenten gevonden.