Dit wetsvoorstel is een novelle op het voorstel Verbetering werking elektriciteits- en gasmarkt (31.374).
Hiermee worden, op verzoek van de Eerste Kamer, kleingebruikers niet verplicht mee te werken aan de plaatsing van een op afstand uitleesbare meter, de zogenaamde "slimme meter".
Tijdens de plenaire behandeling op 7 april 2009 van wetsvoorstel 31.374 heeft de Eerste Kamer verzocht om een novelle waarin kleinverbruikers de plaatsing van een slimme meter kunnen weigeren. Als een slimme meter al is geplaatst, kan de kleinverbruiker de meter 'administratief' uit laten zetten. Dan worden de meterstanden niet automatisch doorgegeven aan de netbeheerder. Het opgeven van de meterstanden gebeurt dan op de tot nu toe gebruikerlijke wijze. Voor het gebruik van de slimme meterfuncties is de toestemming van de eindgebruiker nodig.
Deze novelle hangt samen met de novelle tot wijziging van het wetsvoorstel van het wetsvoorstel implementatie EG-richtlijnen energie-effiëntie (32.373).
Dit wetsvoorstel werd gezamenlijk behandeld met het oorspronkelijke wetsvoorstel Verbetering werking elektriciteits- en gasmarkt (31.374) en de novelle tot wijziging van het wetsvoorstel van het wetsvoorstel implementatie EG-richtlijnen energie-effiëntie (32.373).
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel (EK 32.374, A) is op 9 november 2010 aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 22 februari 2011 als hamerstuk afgedaan. De fractie van de SP is daarbij aantekening verleend.
ingediend
26 april 2010titel
Wijziging van de Wet houdende wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet ter verbetering van de werking van de elektriciteits- en gasmarktschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- minister van Economische Zaken
inwerkingtreding
Met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst.
3