32.811

Wijziging Wet vervoer over zee inzake intrekking groepsvrijstelling voor lijnvaartconferences



Met het onderhavige wetsvoorstel vervallen de in de Wet vervoer over zee opgenomen bepalingen met betrekking tot lijnvaartconferences. De bepalingen inzake lijnvaartconferences zijn in de Wet opgenomen ter uitvoering van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake een gedragscode voor lijnvaartconferences en ter uitvoering van verordening (EEG) nr. 954/79PDF-document.

Lijnvaartconferences zijn groepen van twee of meer – schepen exploiterende – vervoerders, die internationale lijndiensten onderhouden voor het vervoer van lading op een bepaalde route of bepaalde routes binnen omschreven geografische grenzen en die een overeenkomst of regeling hebben, binnen het kader waarvan zij opereren op basis van eenvormige of gemeenschappelijke vervoertarieven, en enigerlei andere overeengekomen voorwaarden met betrekking tot het aanbieden van lijndiensten.

Omdat lijnvaartconferences naar het oordeel van de Europese Commissie en de Raad van de Europese Unie niet langer voldoen aan in ieder geval drie van de vier cumulatieve voorwaarden voor een vrijstelling van het kartelverbod op grond van artikel 101, derde lid, van het Verdrag met betrekking tot de Werking van de Europese Unie (hierna: VWEU) is verordening 4056/86 en de daarin opgenomen groepsvrijstelling voor lijnvaartconferences ingetrokken. Als gevolg van de intrekking van de groepsvrijstelling voor lijnvaartconferences, vallen lijnvaartconferences onder het in artikel 101, eerste lid, van het VWEU neergelegde kartelverbod en zullen vervoerders binnen lijnvaartconferences niet langer vervoer van of naar havens van de lidstaten van de EU mogen verzorgen. Omdat lidstaten er op grond van de Code voor moeten zorgen dat rederijen recht hebben op volwaardig lidmaatschap van lijnvaartconferences die buitenlands vervoer van of naar hun havens verzorgen en zij deze verplichting als gevolg van de intrekking van voornoemde groepsvrijstelling niet langer kunnen nakomen, zullen zij de Code moeten opzeggen. Om die reden is verordening 954/79 ingetrokken. Bovendien is om die reden gelijktijdig met het onderhavige wetsvoorstel het voornemen tot opzegging van de Code voor Nederland ter stilzwijgende goedkeuring aan de Staten-Generaal voorgelegd. Nu lijnvaartconferences niet langer vervoer van of naar havens van de lidstaten van de Europese Unie mogen verzorgen en om die reden verordening 954/79 is ingetrokken en gelijktijdig met dit wetsvoorstel het voornemen tot opzegging van de Code voor Nederland aan de Staten-Generaal wordt voorgelegd, zijn de in de Wet opgenomen bepalingen met betrekking tot lijnvaartconferences zinledig geworden.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het voorstel is op 15 december 2011 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 24 januari 2012 als hamerstuk afgedaan.


Kerngegevens

ingediend

16 juni 2011

titel

Wijziging van de Wet vervoer over zee in verband met de intrekking van de groepsvrijstelling voor lijnvaartconferences

schriftelijke voorbereiding

ondertekening

  • minister van Infrastructuur en Milieu
  • minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie

inwerkingtreding

Met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst met uitzondering van artikel I, onderdeel C, dat in werking treedt op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip


Documenten

2