Dit wetsvoorstel wijzigt de begroting van uitgaven en ontvangsten van het ministerie van Financiën voor het jaar 2013 (33.400 IX). Het kabinet Rutte II verleent een garantie aan de Nederlandsche Bank (DNB) ter grootte van maximaal € 5,7 miljard. Met de garantie wordt het buffervermogen van DNB versterkt.
De langjarige afspraak leidt ertoe dat er (nu) geen noodzaak bestaat het buffervermogen van DNB te versterken via winstinhoudingen of voorzieningen. Anders dan in voorgaand jaar worden de crisisgerelateerde inkomsten uit hoofde van Europese steunoperaties als winst uitgekeerd. In totaal zal DNB in de periode 2013 tot en met 2017 naar verwachting € 3,2 miljard extra aan crisisgerelateerde winst afdragen. Voor 2013 gaat het om een bedrag van € 813 miljoen en € 877 miljoen in 2014. De winstafdracht van DNB telt mee voor het begrotingstekort (EMU-saldo) en leidt tot een lagere staatsschuld.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel (EK 33.548, B herdruk) is op 28 februari 2013 aangenomen door de Tweede Kamer. SGP, VVD, 50PLUS, D66, GroenLinks en PvdA stemden voor.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 12 maart 2013 na stemming bij zitten en opstaan aangenomen. VVD, PvdA, CDA, GroenLinks, SP, D66 en OSF stemden voor.
ingediend
15 februari 2013titel
Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IX) voor het jaar 2013 (Incidentele suppletoire begroting DNB winstafdracht)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
inwerkingtreding
Met ingang van 1 maart van het onderhavige begrotingsjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na de datum van 1 maart, dan treedt zij inwerking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 1 maart van het onderhavige begrotingsjaar.
3