34.178

Goedkeuring en uitvoering Verdrag met Noorwegen over gebruik van penitentiaire inrichting Veenhuizen voor Noorse veroordeelden



Dit wetsvoorstel regelt de goedkeuring en uitvoering van het verdrag met Noorwegen over de ter beschikkingstelling van penitentiaire inrichting Veenhuizen, locatie Norgerhaven ten behoeve van de tenuitvoerlegging van bij Noorse veroordelingen opgelegde vrijheidsstraffen (Trb. 2015, 37). Hiermee wordt Noorwegen geholpen met de acute behoefte aan meer celcapaciteit.

Door het beschikbaar stellen van deze detentiecapaciteit kan gedurende de looptijd van het verdrag werkgelegenheid in het Nederlandse gevangeniswezen behouden blijven. Het bedrag dat Noorwegen betaalt, is kostendekkend. Nederland maakt op dit verdrag geen winst, maar gedurende de looptijd van het verdrag blijft de detentiecapaciteit behouden zonder dat de financiering ten laste komt van de rijksoverheid.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het voorstel (EK 34.178, A) is op 9 juni 2015 aangenomen door de Tweede Kamer. Het CDA, de ChristenUnie, de SGP, de VVD, Houwers, Klein, de Groep Kuzu/Öztürk, 50PLUS, Van Vliet, D66, GroenLinks, de PvdA, de PvdD en de SP stemden voor.

De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel op 30 juni 2015 na stemming bij zitten en opstaan aangenomen. PVV en SP stemden tegen.


Kerngegevens

ingediend

20 maart 2015

titel

Goedkeuring en uitvoering van het op 2 maart 2015 te Veenhuizen tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk Noorwegen inzake het gebruik van een penitentiaire inrichting in Nederland voor de tenuitvoerlegging van bij Noorse vonnissen opgelegde vrijheidsstraffen (Trb. 2015, 37)

schriftelijke voorbereiding

inbreng geleverd door

ondertekening

  • minister van Veiligheid en Justitie

inwerkingtreding

Onder toepassing van artikel 12 van de Wet raadgevend referendum treedt deze wet in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.


Documenten

3