De stemming over de Invoeringswet Omgevingswet en daarbij ingediende moties, die dinsdagmiddag zou plaatsvinden, is op verzoek van de Eerste Kamer een week uitgesteld. Het verzoek werd namens de fractie van 50PLUS gedaan door senator Martine Baay-Timmermans om meer tijd te krijgen voor een oordeel over de door het kabinet in het debat gedane toezeggingen. De Kamer als geheel stemde in met het gevraagde uitstel. De stemming vindt nu op dinsdag 11 februari 2020 plaats.
De Omgevingswet vormt samen met het Omgevingsbesluit, Besluit activiteiten leefomgeving, Besluit bouwwerken leefomgeving, Besluit kwaliteit leefomgeving en de Omgevingsregeling de basis voor het nieuwe stelsel van het omgevingsrecht. Om dit nieuwe stelsel goed te laten werken is deze Invoeringswet nodig.
Tijdens het debat werden door de Eerste Kamerleden veel vragen gesteld en zorgen uitgesproken. De fracties wilden meer weten over hoe de participatie van burgers wordt ingericht en of álle burgers actief worden betrokken. De borging van de rechtsbescherming van burgers was een ander punt van zorg voor veel fracties. Ook vroegen zij de minister of, en zo ja, hoe de invoering van de Omgevingswet wordt geëvalueerd. Vrijwel alle fracties wilden weten hoever de voorbereidingen zijn gevorderd voor de invoering van het Digitaal Stelsel Omgevingswet. Minister Van Veldhoven deed veel toezeggingen aan de Kamer, onder meer over het DSO. Toch kon zij niet alle zorgen wegnemen. In de tweede termijn van het debat zijn daarom drie moties ingediend.
De eerste motie, van senator Nooren (PvdA), verzoekt de regering om in het Invoeringsbesluit Omgevingswet een regeling op te nemen die ervoor zorgt dat er een plicht ontstaat voor gemeenten, provincies en waterschappen om participatiebeleid op te stellen. De minister liet bij deze motie het oordeel aan de Kamer. Senator Nicolaï (PvdD) diende twee moties in. In de eerste wordt de regering verzocht te heroverwegen een conformiteitsverklaring op te nemen als na invoering van de wet uit de rechtspraak blijkt dat het aanvragen van een bouwvergunning niet leidt tot een voor beroep vatbare beschikking. Ook bij deze motie liet de minister het oordeel aan de Kamer. De tweede motie-Nicolaï verzoekt de regering te onderzoeken of bestuursorganen gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid hun beoordelings- en beleidscriteria vast te leggen in beleidsregels. Deze motie werd door de minister ontraden.
Deel dit item: