Dit voorstel is de eerste lezing (het overwegings- of verklaringsvoorstel) van een aanpassing de Grondwetsherzieningsprocedure. Over de toepassing van de Grondwetsherzieningsprocedure heeft met enige regelmaat discussie plaatsgevonden. Die discusie spitste zich toe op de tweede lezing van een Grondwetswijziging en dan in het bijzonder op de vraag op welk moment een voorstel in tweede lezing in procedure moet worden gebracht, wie dat doet (de regering of een of meer leden van de Tweede Kamer) en of de behandeling van de tweede lezing ook moet worden afgerond door de Tweede Kamer die na de eerste lezing is gekozen. Met dit wetsvoorstel is beoogd de bestaande Grondwetsherzieningsprocedure te verduidelijken en te bewerkstelligen dat de behandeling van een grondwetsvoorstel sneller wordt afgerond en het parlementaire debat zich kan richten op de inhoud daarvan.
Ter uitvoering van een toezegging aan de Tweede Kamer heeft de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op 21 februari 2019 een brief naar de Tweede Kamer gestuurd met enkele suggesties om de Grondwetsherzieningsprocedure te wijzigen (TK 31.570, 35). Deze suggesties worden in het onderhavige wetsvoorstel uitgewerkt. Concreet wordt voorgesteld om in de eerste plaats te verduidelijken dat de Tweede Kamer die wordt gekozen na de bekendmaking van de verklaringswet het voorstel tot Grondwetsherziening in tweede lezing overweegt. Verder wordt voorgesteld te bepalen dat indien deze Tweede Kamer in tweede lezing geen besluit neemt, het grondwetsvoorstel van rechtswege vervalt.
Wetsvoorstel 35.789 bevat de tweede lezing van deze Grondwetswijziging.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel (EK, A) is op 2 juni 2020 aangenomen door de Tweede Kamer.
Voor: PvdA, GroenLinks, DENK, SP, 50PLUS, D66, VVD, CDA, ChristenUnie, FVD, Van Haga, SGP, PVV en Krol/Van Kooten-Arissen.
Tegen: PvdD.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 13 oktober 2020 na stemming bij zitten en opstaan aangenomen.
Voor: CDA, FVD, VVD, SGP, SP, PVV, Fractie-Otten, GroenLinks, 50PLUS, PvdA, OSF, D66 en ChristenUnie.
Tegen: PvdD.
De plenaire behandeling van het wetsvoorstel door de Eerste Kamer, gezamenlijk met het wetsvoorstel Door niet-ingezetenen gekozen kiescollege voor de verkiezing van de Eerste Kamer (35.418), vond plaats op 6 oktober 2020.
ingediend
20 maart 2020titel
Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet van de bepaling inzake veranderingen in de Grondwet (herijking Grondwetsherzieningsprocedure)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
inwerkingtreding
5