Derde noodpakket voor arbeidsmarkt aanvaard



De Eerste Kamer debatteerde maandag 6 juli met minister Koolmees en staatssecretaris Van Ark (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) over de Derde incidentele suppletoire begroting Sociale Zaken Werkgelegenheid over het noodpakket banen en economie als gevolg van de coronacrisis. Het gaat om een pakket van 14,7 miljard euro. De Kamer stemde vervolgens dinsdagavond 7 juli over het wetsvoorstel en over twee tijdens het debat ingediende moties. Het wetsvoorstel werd met algemene stemmen aanvaard. De motie van senator Kox over het niet-uitkeren van bonussen en dividenden bij bedrijven die in 2020 en 2021 gebruikmaken van de NOW-regeling werd verworpen. De fracties van GroenLinks, SP, 50PLUS, PvdA, OSF, PVV en PvdD stemden voor, de fracties van SGP, CDA, FVD, VVD, Fractie-Otten, D66 en ChristenUnie stemden tegen. De motie van senator-Van Rooijen voor een Deltaplan Werk werd eveneens verworpen. De fracties van Fractie-Otten, GroenLinks, SP, 50PLUS, PvdA, OSF, PVV, PvdD en ChristenUnie stemden voor, de fracties van SGP, CDA, FVD, VVD en D66 stemden tegen.

Ruimhartiger over de brug komen met geld voor scholing

Senator Van Gurp (GroenLinks) gaf tijdens het debat op maandag aan dat de coronacrisis ons land voor fundamentele vragen stelt op een aantal terreinen: in de gezondheidszorg, ten aanzien van vrijheidsbeperkende maatregelen, in de verhouding overheid-markt en in de organisatie en de toekomst van de arbeidsmarkt. De effecten op de arbeidsmarkt kunnen naijlen op de economische effecten. Mensen met flexibele banen zijn volgens hem als eerste de klos. 'Wanneer gaan we daar eens mee aan de slag?' Van Gurp vroeg zich af of er wel voldoende geld terechtkomt bij het midden- en kleinbedrijf. Hij waarschuwde tegelijkertijd voor bezuinigingen op bijvoorbeeld gemeenten. Het bedrag dat de minister uittrekt voor scholing (50 miljoen) 'komt erg benauwd over'. Hij vroeg de minister of die bereid was ruimhartiger over de brug te kunnen als blijkt dat dat bedrag inderdaad ontoereikend is. Van Gurp vroeg de minister hoe deze crisis gebruikt kan worden om naar een duurzame economie over te schakelen. 'De economie van de toekomst is een duurzame economie, daar zijn we het allemaal over eens. Maar hoe gebruiken we incentives nu om daarop door te gaan? Anders gebruiken we veel geld om terug te gaan naar wat we al hadden, met alle feilen van dien,' aldus Van Gurp.

Senator Sent (PvdA) prees het kabinet dat het de economie draaiende probeert te houden en banen te behouden. Ze noemde het kiezen tussen volksgezondheid en economie een valse tegenstelling. 'Economie is een middel, geen doel. De gezondheidscrisis wordt een economische crisis en misschien wel een sociale crisis. Die raakt veel zzp'ers, ouderen en vluchtelingen'. Senator Sent steunde het doel van het wetsvoorstel maar plaatste bij een aantal middelen vraagtekens. Zo noemde zij de steunmaatregelen voor de 800.000 zzp'ers 'veel te karig': de termijnen zijn te kort, de hoogte van de uitkering is te laag. Ze vroeg de minister wat het kabinet doet aan de zorgen over de duur en hoogte van de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid en of het kabinet extra inzet pleegt om flexwerkers beter te beschermen.

Senator Sent vroeg de minister ook of hij bereid is in overleg te gaan over het verlengen van de WW voor de duur van de noodpakketten voor bedrijven. Nu komen veel mensen versneld in de bijstand: 'De bijstand is het eerste vangnet in plaats van het laatste vangnet.' Ook senator Sent vreesde dat de 50 miljoen van het kabinet voor omscholing en loopbaanadviezen te weinig is en vroeg de minister wat hij in dat geval gaat doen. Zij vroeg de minister ook hoe hij het effect van het schrappen van de ontslagboete bij steun op het aantal ontslagen in de gaten gaat houden. Ten slotte gaf senator Sent aan dat de crisis ook kansen om de volgens haar doorgeslagen marktwerking tegen te gaan en tot een duurzame en inclusieve arbeidsmarkt te komen.

Motie tegen uitkeren bonussen en dividend bij overheidssteun

Senator Kox (SP) sloot zich aan bij opmerkingen van zijn collega's van GroenLinks en de PvdA en kon zich op hoofdlijnen ook vinden in de kabinetsaanpak. Hij memoreerde dat het kabinet de komende drie maanden 15 miljard extra uitgeeft ter bescherming van de economie en de arbeidsmarkt. 'Als het land in brand staat moet er wat gebeuren. Het is verstandig wat de regering doet met behoud van zoveel mogelijk banen en zo weinig mogelijk schade voor de economie.'

Senator Kox maakte wel een aantal aanvullende opmerkingen. Zo vond hij dat het kabinet in de Tweede Kamer ten onrechte 'nee' heeft gezegd tegen een aantal verbeteringsvoorstellen van de oppositie. Waar het parlement om vertrouwen wordt gevraagd mag het ook vertrouwen krijgen, aldus Kox. Hij sprak van geven en nemen om tot een zo breed mogelijk draagvlak te komen. Op punten is nu echter sprake van onevenwichtig beleid. Daarom vroeg hij de minister met klem om op vier punten met toezeggingen te komen, namelijk ten aanzien van: de toegestane bonussen en dividenden in 2020 en 2021 bij bedrijven die steun krijgen, toelaten van mensen tussen 18 en 21 tot de zelfstandigenregeling, het alsnog schrappen van de partnertoets en geen inkomens onder het sociaal minimum te laten komen.

Ten slotte vroeg senator Kox nog aandacht voor de trappisten uit abdij OLV Koningshoeven als voorbeeld van een bedrijf met grote maatschappelijke betrokkenheid dat ('ondanks veel bidden') zwaar getroffen wordt in zijn economische activiteiten, maar nauwelijks steun krijgt van de overheid omdat het buiten alle regelingen valt. Voor deze en vergelijkbare bedrijven is maatwerk nodig, aldus Kox.

Aandacht nodig voor effecten in grensregio's

Senator Essers (CDA) toonde zich onder de indruk hoe het kabinet de sociaaleconomische gevolgen van de coronacrisis probeert te verzachten. Dat geldt zowel voor de omvang als de snelheid van handelen, aldus Essers. Het was onvermijdelijk dat er weer knelpunten naar voren kwamen, maar ook daar werd weer snel op gereageerd. Essers vroeg de ministers of het advies aan zogenoemde payrollers om andere afspraken te maken effectief is gebleken. Ook vroeg Essers aandacht voor negatieve effecten voor ondernemers in grensregio's van de uiteenlopende maatregelen in landen als Nederland, België en Duitsland. Hij betreurde dit maar vroeg zich af of dit aan Nederland te wijten is. Ten slotte vroeg Essers aandacht voor de bestrijding van fraude en oneigenlijk gebruik, waarbij hij aangaf dat de overheid ook niet mag doorslaan in het aanpakken van vermeende fraude, omdat de regels door de snelheid en de ingewikkeldheid van de crisismaatregelen niet altijd even duidelijk zijn.

Motie voor Deltaplan Werk

Senator Van Rooijen (50PLUS) sprak van een ongekende en tot nu toe succesvolle overheidssteun die een blijvend effect kan hebben als we massaal mensen van werk naar werk geholpen kunnen worden. Bedrijven moeten nu inspelen op veranderende marktomstandigheden en mensen moeten gesteund worden om werk te vinden in kansrijke sectoren van de economie. Daarvoor is volgens senator Van Rooijen een groot en samenhangende Deltaplan Werk nodig met forse steun van de overheid de inspanningen op het terrein van scholing en arbeidsbemiddeling planmatig fors op te voeren. De 50 miljoen die het kabinet nu inzet noemde Van Rooijen 'een klappertjespistool, terwijl een bazooka nodig is.'

Senatoren Van Pareren (FVD) stelde dat het werk dat nu wordt gedaan 'erg goed is, maar wel iets te laat begonnen.' Hij complimenteerde de regering dat nu vol gas wordt gegeven maar riep op om meer in samenhang met het draagvlak in de maatschappij naar de maatregelen te kijken. Zijn alle financieel en economisch getroffenen wel in het vizier, zo vroeg Van Pareren zich af. Hij riep de bewindslieden op extra aandacht te besteden aan 'vergeten groepen'. Ook vroeg hij aandacht voor de gevolgen voor jonggehandicapten en ouderen. De FVD-senator sloot niet uit dat de ergste gevolgen nog zullen komen en vroeg de minister naar mogelijke scenario's. Ook senator Van Pareren vroeg aandacht voor een eventueel grotere bijdrage van de overheid aan scholing van mensen die getroffen worden door de crisis.

Bezorgdheid over arbeidsmarktpositie mensen met arbeidsbeperkingen

Senator Ester (ChristenUnie) verwees naar de waarde van de zogenoemde Jozef-economie waar in goede tijden gespaard wordt voor slechtere tijden. 'De Jozef-economie is geen speeltje maar een effectieve strategie om ons te wapenen tegen zware tijden', aldus senator Ester. Zijn fractie schaart zich hier volmondig achter: het kabinet heeft alert en goed gereageerd, maar er komt een moment van overstappen van generieke steun naar individueel maatwerk, noodsteun is onhoudbaar op de langere termijn, aldus Ester. Wanneer komt dat moment in zicht en onder welke voorwaarden, zo vroeg Ester de minister. Senator Ester bepleitte een tweesporenbeleid: algemene steunmaatregelen op de korte termijn, overgaand in structurele hervormingen voor een duurzame arbeidsmarkt op de langere termijn. Hij vroeg de minister naar diens agenda op dat vlak.

Senator Ester toonde zich zeer bezorgd over de arbeidsmarktpositie van kwetsbare personen als gevolg van deze crisis, maar ook door de doorgeschoten flexibilisering van de economie. De gemaakte afspraken om meer mensen met arbeidsbeperkingen aan het werk te helpen staan zwaar onder druk, omdat met name de overheid zelf het laat afweten. Hij vroeg de staatssecretaris of zij een aanscherping van het quotabeleid overweegt voor de private en de overheidssector. 'Hoe voorkomen we dat grote groepen mensen met een arbeidsbeperking op de reservebank terechtkomen, aldus Ester. Ook de ChristenUnie-senator wilde meer nadruk op scholing om mensen te begeleiden van krimp- naar groeisectoren en van overschot- naar tekortsectoren. Ook hij vond de toegezegde 50 miljoen voor scholing veel te weinig. 'Dit bedrag gaat het verschil niet maken', aldus Ester. Hij riep de minister op om in samenspraak met de scholingsfondsen in de diverse sectoren veel meer geld voor scholing vrij te maken.

Koolmees: medio augustus duidelijkheid over nieuwe steunmaatregelen

Minister Koolmees (SZW) riep in zijn reactie in herinnering dat in maart in Nederland nog sprake was van een historisch lage werkloosheid van 2,9 procent, terwijl nu in scenario's rekening wordt gehouden met een werkloosheid van 10 procent. Er worden nu 135.000 bedrijven voor meer dan 10 miljard euro ondersteund om de effecten van de coronacrisis op te vangen. 'Nu de crisis langer duurt is de kans groter dat het niet zomaar teruggaat naar het oude niveau.' Maar Koolmees gaf ook aan dat het nog te vroeg is om de definitieve effecten te duiden. Pas medio augustus zal duidelijk worden of er nog een derde generiek steunpakket komt of dat de steun gerichter zal worden.

Koolmees ging uitvoerig in op het schrappen van de ontslagboete in de huidige voorstellen en gaf aan bevreesd te zijn dat anders bedrijven sneller tot ontslagen zouden gaan 'en dat willen we juist niet.' Het bepleite verbod op uitkeren van bonussen en dividenden bij te ontvangen steun noemde de minister onuitvoerbaar en ook niet proportioneel, maar hij gaf aan door te gaan met het zoeken van een breder draagvlak om in de praktijk door een moreel appel toch dat effect te krijgen. Hij ontried de motie van senator Kox om het uitkeren van bonussen en dividenden bij bedrijven met steun te verbieden. De minister erkende dat de 50 miljoen niet de definitieve oplossing is voor de scholingsopgave in de komende jaren: ook de sectorale scholingsfondsen zullen moeten bijdragen, aldus Koolmees. Op nadere vragen van senator Ester gaf de minister aan dat het kabinet na de zomer met een brief komt over de uitwerking van het principe een leven lang leren. Koolmees ontried de motie van senator Van Rooijen voor een stevige extra impuls in scholing op korte termijn middels een Deltaplan werk en gaf aan op Prinsjesdag mogelijk met nadere stappen te komen. 'Een extra stap tussendoor ga ik nu niet doen', aldus Koolmees.

Van Ark gaat met collega-bewindslieden praten over meer werk voor arbeidsbeperkten

Staatssecretaris Van Ark erkende dat het voor veel zelfstandigen momenteel nog heel lastig is. Deze crisis vraagt veel van de creativiteit en het aanpassingsvermogen van zelfstandigen, zo erkende zij. Van Ark hield vast aan de in deze regeling ingevoerde partnerinkomenstoets, maar senator Kox betwijfelde of die stand zal houden bij de rechter omdat die in de eerste regeling ontbrak. De per land verschillende regimes in grensregio's in deze coronacrisis noemde Van Ark onbevredigend, maar zij achtte zich niet in staat hier iets aan te doen omdat voor landen een nationale soevereiniteit geldt op dit terrein. 'We moeten zelf kunnen blijven beslissen wat we kunnen doen', aldus de staatssecretaris. Van Ark toonde zich net als diverse senatoren bezorgd over de gevolgen van de coronacrisis voor mensen met arbeidsbeperkingen en zegde toe dit met collega's in het kabinet die verantwoordelijk zijn voor grote overheidssectoren te zullen bespreken.


Deel dit item: