Dit wetsvoorstel (KEI-II) vereenvoudigt in het Wetboek van Burgerlijke rechtsvordering het procesrecht in hoger beroep en cassatie. Hiermee wordt het burgerlijk procesrecht in hoger beroep en cassatie niet alleen versneld maar ook gedigitaliseerd.
Met dit voorstel begint het hoger beroep straks met de procesinleiding, waarin zowel de vorderingen als verzoeken kunnen worden opgenomen. Ook komen er duidelijkere termijnen voor het indienen van de gronden van het hoger beroep en het verweerschrift en krijgt de rechter meer mogelijkheden om het proces te sturen. Bij cassatierechtspraak wordt de indiening van het cassatieberoepschrift langs elektronische weg en de digitale stukkenwisseling mogelijk.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
De Tweede Kamer heeft het voorstel (TK 34.138, nr. 2) op 11 juni 2015 als hamerstuk afgedaan.
De plenaire behandeling door de Eerste Kamer vond plaats op 5 juli 2016. Het voorstel is op 12 juli 2016 na stemming bij zitten en opstaan met algemene stemmen aangenomen.
De Eerste Kamercommissie voor Veiligheid en Justitie (V&J) heeft op 6 december 2016 in het kader van toezegging T02351 de brief van de minister van Veiligheid en Justitie van 29 november 2016 over de besluitvorming van de gefaseerde inwerkingtreding wetgeving KEI (EK, K met bijlage) besproken.
De Eerste Kamercommissie voor Veiligheid en Justitie (V&J) heeft op 7 juni 2016 een informeel rondetafelgesprek gehouden met personen uit de advocatuur, rechterlijke macht, deurwaarders en vertegenwoordigers van de RvdR, Spir-it, op voorstel van de leden Backer (D66) en Ruers (SP).
Op 2 februari 2016 heeft de Raad voor de Rechtspraak een technische briefing over de KEI-wetsvoorstellen verzorgd.
Dit wetsvoorstel werd gezamenlijk behandeld met de wetsvoorstellen Vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht (34.059) en Invoeringswet vereenvoudiging en digitalisering procesrecht (34.212) en de Invoeringsrijkswet vereenvoudiging en digitalisering procesrecht en uitbreiding prejudiciële vragen (34.237 (R2054)).
ingediend
22 januari 2015titel
Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht in hoger beroep en cassatieschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
- minister van Veiligheid en Justitie
inwerkingtreding
De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan, voor verschillende vorderingen en verzoeken en voor de verschillende gerechten verschillend kan worden vastgesteld.