Dit wetsvoorstel wijzigt de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) en enkele andere wetten en strekt ertoe de democratische legitimatie van gemeenschappelijke regelingen en de kaderstellende en controlerende rol van gemeenteraden, provinciale staten en algemene besturen van waterschappen bij taken die in gemeenschappelijke regelingen worden uitgevoerd te versterken. Dat gebeurt door meer ruimte te geven voor keuzes omtrent de werking van een gemeenschappelijke regeling, bijvoorbeeld door te kiezen voor een gemeenschappelijke adviescommissie of het gebruik van zienswijzen door gemeenteraden.
Dit wetsvoorstel geeft daarmee invulling aan de afspraak uit het regeerakkoord van het kabinet-Rutte III dat de Wgr wordt aangepast om de politieke verantwoording over gemeentelijke samenwerking te verbeteren. Het wetsvoorstel is aangekondigd door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in haar brief van 29 juni 2018 (TK 34.775 B, 17). Naast dit wetsvoorstel wordt ook langs andere weg ingezet op versterking van de democratische legitimatie van gemeenschappelijke regelingen. Daarbij moet worden gedacht aan diverse maatregelen ter versterking van de toerusting en ondersteuning van raadsleden en griffiers op het gebied van regionale samenwerking.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
De Tweede Kamer heeft het voorstel (EK, A) op 1 juni 2021 aangenomen.
Voor: GroenLinks, Volt, DENK, PvdA, D66, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, FVD, Groep Van Haga en PVV.
Tegen: SP, BIJ1 en PvdD.
De Fractie Den Haan was afwezig bij de stemmingen over dit wetsvoorstel.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 14 december 2021 als hamerstuk afgedaan. PvdD en SP is daarbij aantekening verleend.
ingediend
1 juli 2020titel
Wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen en enige andere wetten in verband met het versterken van de democratische legitimatie van gemeenschappelijke regelingenschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
33