De Eerste Kamer heeft dinsdag 15 juni ingestemd met het wetsvoorstel voor de wijziging van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017. De fracties van SGP, CDA, Fractie-Nanninga, VVD, Fractie-Otten, GroenLinks, SP, 50PLUS, PvdA, OSF, D66, PvdD en ChristenUnie stemden voor het wetsvoorstel, de fracties van PVV en FVD stemden tegen.
De meeste fracties die eerder aan het debat op dinsdag 8 juni deelnamen, noemden de voorgestelde wijzigingen een verbetering ten opzichte van de bestaande wet - beter bekend als de ‘sleepwet’ - die in 2018 in een raadgevend referendum was afgewezen door de bevolking. Wel uitten de senatoren dinsdag zorgen over het verzamelen, het bewaren en vooral het delen van bulkdata met buitenlandse inlichtingendiensten. De Kamer had behalve over de bulkdata ook veel vragen over de toezichthoudende instanties en een recente evaluatie van de wet.
Over het wetsvoorstel
Het wetsvoorstel is het gevolg van de uitkomst van een raadgevend referendum over de Wet inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017 (Wiv 2017) in 2018 waarbij 49,44% van de bevolking tegen de wet stemde, 46,55% voor en 4,03% blanco. Deze uitslag bracht de regering ertoe in beleidsregels de waarborgen van de wet op onderdelen te verduidelijken en de ruimte die de wet in de uitvoeringspraktijk biedt zo nodig in te perken. De beleidsregels gaan over het zo gericht mogelijke inzetten van bijzondere bevoegdheden en het wegen van samenwerking met buitenlandse diensten. Beide beleidsregels zijn opgenomen in het nieuwe wetsvoorstel, waarmee die beleidsregels een wettelijke grondslag krijgen. Verder bevat het wetsvoorstel de mogelijkheid tot benoeming van plaatsvervangende leden van de Toetsingscommissie inzet bevoegdheden (Tib) die – bij verhindering of ontstentenis van een van de leden - deze kunnen vervangen.
Deel dit item: