Dit wetsvoorstel wijzigt de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag in verband met de implementatie van EU-richtlijn 2022/2041 over toereikende minimumlonen in de Europese Unie. Deze richtlijn introduceert een kader voor minimumlonen om ervoor te zorgen dat de minimumlonen in de Europese Unie toereikend zijn.
De richtlijn schrijft procedures voor die van toepassing moeten zijn bij het vaststellen van minimumlonen, bevordert collectieve onderhandelingen over loonvorming en gaat in op de daadwerkelijke toegang van werknemers tot minimumlonen. Lidstaten behouden de vrijheid om zelf de hoogte van het minimumloon te bepalen.
De richtlijn bevat veel elementen die in Nederland al onderdeel zijn van de bestaande praktijk, de implementatie van de richtlijn leidt daarom tot een beperkt aantal wijzigingen in de huidige wetgeving.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
De Tweede Kamer heeft het voorstel (TK, 2) op 8 oktober 2024 aangenomen.
Voor: DENK, Volt, D66, NSC, ChristenUnie, SGP, CDA, VVD, BBB, JA21 en PVV.
Tegen: SP, GroenLinks-PvdA, FVD en PvdD.
De Eerste Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft op 12 november 2024 het verslag (EK, A) uitgebracht en wacht op de nota naar aanleiding van het verslag.
ingediend
23 april 2024titel
Wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2022/2041 van het Europees Parlement en de Raad van 19 oktober 2022 betreffende toereikende minimumlonen in de Europese Unie (Pb EU 2022, L 275) (Wet implementatie EU-richtlijn toereikende minimumlonen)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
1